Daarnaast lopen ze sneller de kans om ziek te worden. De werkgever is dan ook verplicht om maatregelen te nemen om gezondheidsschade door werken in de kou te voorkomen. Dit geldt voor zowel binnen als buitenwerk.

Werken in de kou, zowel buiten als binnen

Werknemers die in de buitenlucht werken kunnen voornamelijk in de winter te maken krijgen met kou. Denk bijvoorbeeld aan bouwvakkers, stratenmakers, tuinmannen, postbezorgers, en werknemers in de agrarische sector. Daarnaast zijn er nog de mensen die binnen werken in de kou. Denk hierbij aan medewerkers van koel- en vrieshuizen of werknemers die in grote, tochtige en onverwarmde loodsen werken. Het hele jaar door kunnen zij last hebben van kou op het werk.

Welke maatregelen moeten werkgevers nemen?

Werkgevers moeten maatregelen nemen om gezondheidsschade door werken in de kou te voorkomen bij hun medewerkers. Als het niet mogelijk is om een lage temperatuur op de werkplek te vermijden, moet de werkgever:

• persoonlijke beschermingsmiddelen beschikbaar stellen

• de duur van de werkzaamheden verkorten

• werken in de kou laten afwisselen met werken op een warme plek

• de specifieke risico’s van werken in de kou opnemen in zijn risico-inventarisatie en -evaluatie (RI&E)

Wanneer is het eigenlijk te koud om te werken?

In de Arbeidsomstandighedenwet staat niet exact beschreven bij welke temperatuur het te koud is om te werken. Overleg met collega’s en werkgever hoe de werkplek goed te beschermen is tegen de kou. Als een werkgever geen maatregelen neemt, mag de werknemer zijn werkzaamheden staken als zijn gezondheid of veiligheid in gevaar komt (artikel 29 Arbowet). De FNV hanteert de volgende normen:

Bij een temperatuur onder 15 °C: dan kunnen werknemers hun handen niet meer goed gebruiken. Werkgevers moeten (gratis) extra beschermingsmiddelen bieden: warme kleding en (hand)schoenen. In sommige gevallen kunnen medewerkers hun werk niet meer goed uitvoeren.

Bij een gevoelstemperatuur onder -6 °C: werkgevers moeten het werk stilleggen. Is de gevoelstemperatuur lager dan -6 °C, dan mogen medewerkers in de bouw werkzaamheden buiten (of blootgesteld aan de buitenlucht) neerleggen. Er is dan sprake van vorstverlet.

Bron: www.arbo-online.nl